In de afgelopen dagen, weken, kwam er weer eens zo’n aarzelend stemmetje opzetten. Met de vraag of het allemaal nog wel goed ging binnen Fijnbedraad. Of het wel goed genoeg was. Of ík goed genoeg was.
Op dit moment heb ik twee edities van “Schrijf jezelf” moeten laten vervallen wegens weinig aanmeldingen. Het is koren op de molen voor mijn tere zieltje, dat eeuwig bang is om door de mand te vallen. Mijn interne imposter juicht. Beide zijn aanleiding om in de zelftwijfelmodus te schieten. Het gebied waarin (gebrek aan) zelfrespect en (zelf) waardering om het hardst duikelen om de aandacht.
En voor ’t geval dát: ik ben blij met elke aanmelding en ik ben zeker niet zielig. Daar gaat deze post niet over. Ik probeer slechts mijn groeigedoe en zelftwijfel hieromtrent te vatten, doordat ik weet dat we allemaal van tijd tot tijd struikelen over onszelf, onze onzekerheden en over de lelijke stemmen die we dan van binnen in ons dragen. Die na-echoën in onze donkere diepten, op het moment dat we denken mislukt te zijn.
Alleen niet iedereen schrijft erover. Dat is het verschil.
Ik bevond me in zo’n valse aftakking van een donkere twijfelzone, waarin er van alles tegelijk mis leek en waar ik over alles en iedereen heen viel. Het meest struikelde ik over mezelf. Natuurlijk ging ik overal aan twijfelen. Zelfs over mijn lievelingsbroek en mijn vulpen. Vermoeiend.
Dan weet ik het al: gedoe.
“Je kunt er ook geen zak van,” had Annie (mijn interne azijnzeiker) fijntjes door de slakkengang van mijn gehoor gebruld. “Zie je nou wel? Niemand zit op jou en je voorwerpschrijverij te wachten. Nu gaat het gebeuren: jij valt door de mand. Ga je uren in het ziekenhuis maar weer ophogen.” Ze had er nog bij gegrijnsd ook, het mormel.
Dat deed pijn. Vooral omdat het even zo verschrikkelijk echt had geklonken en ook zo had aangevoeld. Die schrille, valse stem van mijn Annie is niet leuk. Haar boodschap ook niet. Rationeel gezien weet ik dat ze meest van de tijd de grootste onzin praat, maar wanneer ik niet lekker in mijn vel zit komt zo’n boodschap dus keihard binnen.
En als ik niet oplet, ga ik haar geloven.
Wanneer ik in de twijfelzone logeer, vind ik het namelijk buitengewoon moeilijk om mijn eigenwaarde los te koppelen van resultaten. Want zo voelt het op dat moment. Dat resultaat een bepaalde waarde vertegenwoordigt en als resultaten uitblijven, ik dus blijkbaar geen waarde heb. En wanneer ik daar te lang over nadenk, beland ik in het lage eigenwaarde kuiltje.
Boven alles lieve mensen, is dat gerommel rondom resultaten en eigenwaarde ronduit bullshit en niet waar. I know.
Toch was ik even van mijn stuk gebracht. Pakte vervolgens een beetje sikkeneurig mijn tuingereedschap. In een zonnige middag verloste ik zowel mezelf als een deel van mijn tuin van ongenode gasten zoals twijfel, onkruid en rotzooi, hetgeen rijkelijk werd beloond met bloeiende verrassingen, die nog niet gezien werden en nu tevoorschijn kwamen.
In vol ornaat.
In de tuin bij de overburen verschenen vervolgens twee kraaien, luid krassend. Mijn hart vloog op. Het klopt. Net als mijn hart. Wat ik doe, heeft waarde. Dit is mijn ding en ik ben er knettergoed in.
Tevoorschijn halen wat nog niet gezien wordt, zodat ‘t in volle glorie boven kan komen om gezien en (h)erkend te worden.
Mijn interne vuurdraak Dennis, bewaker van mijn dromen liet een keiharde boer, vol vuur.
Eet dat, Annie.

2 reacties
👏👏👏😘
🥳 dank, mooi mens ❤️