Odette Wolff
Odette Wolff

Sinds 2010 draag ik de naam Lettersmid. Ik schrijf over alles wat in mij leeft. Het liefst vind ik woorden die nog niet bestaan, waarbij ik me niet laat leiden door grammatica of spelling.

Lamadoendan

Lamadoendan

“Aan welk object doe je jezelf denken?” vraagt onze docent. Ik bevind me in een gymzaal van een lieflijk klein schooltje, ergens aan de andere kant van het land.

Leren stralen zou ik. In de ochtend hadden we mijn lievelings gedaan, namelijk veel schrijven. In de middag had de docent aangekondigd dat er geïmproviseerd ging worden. Van alles en nog was. Niet bepaald mijn lievelings.

Met klotsende oksels stond ik mezelf in een hoekje af te vragen wat er in vredesnaam te improviseren viel. Direct gevolgd door de vraag waarom ik me in vredesnaam had opgegeven voor deze cursus.

Toegegeven: ik was eindelijk een keer in mijn leven in het goede klasje beland.

Onwennig hadden we elkaar in de ochtend bekeken en stuk voor stuk ons verhaal verteld. Over té zijn. Te luid. Te emotioneel. Te snel geraakt. allemaal voelden we veel en schoten onze gedachten alle kanten op, waardoor we soms voor anderen niet goed te volgen zijn. Maar wij snapten het prima. Voor ons was alles wat we elkaar vertelden volkomen logisch. Onze zinnen haalden als oude vriendinnen de armen in elkaar.

“Een kano,” zeg ik plompverloren. Terwijl ik het uitspreek schieten mijn gedachten alle kanten op. Hoezo kano, waarom komt er nu een kano in mezelf op? Zo’n ding is lang en slank en dat ben ik helemaal niet. “Wildwater,” fluister ik erachteraan. Mijn schouders zakken naar een dieptepunt, wat doe ik hier? Mezelf een beetje voor schut zetten?

“Laat maar eens zien hoe jouw kano eruitziet,” vervolgt de docent.

Oh my goodness… hoe, wat, hèh? Mijn sensitieve brein schiet alle kanten op.  Hoe kan ik nou een kano zijn? Waarom bedenk ik dit en waarom kan ik nou nooit eens iets makkelijks verzinnen? Waarom kan ik niet gewoon een boom zijn, of zo? Het huilen staat me nader dan het lachen en ik bereid me voor om ten overstaan van de klas te worden uitgelachen.

Onwennig en in de weerstand ga ik op de grond liggen. Vervolgens ga ik bewegen zoals ik denk dat een kano dat doet. Een beetje schudden dan maar. En rollen. Diep vanuit mijn binnenste borrelt een stem op want de kano in mij wil namelijk iets kwijt. Ze heeft een boodschap want ze zit namelijk vast in een bocht, ergens in een rivier hier ver vandaan.

Kronkelend lig ik op de vloer. Ik schud, ik rol en en draai alle kanten op, zelfs tot op mijn buik. Huilend van het lachen en tegelijk geraakt door mijn innerlijke kano bevrijd ik mezelf uit die bocht. Vervolgens gebeurt er iets wonderlijks.

Niet alleen mijn emoties en mijn gedachten van wat ik hier allemaal van vond komen vrij. Door mezelf over te geven aan de improvisatie bevrijd ik mezelf ook van alle gedachten hierover en van oude ideeën en patronen over “gek doen”. Mijn lichaam herkent de vriendjes fantasie en verbeelding en ontspant zich, geeft zich over. Volledig.

Nog steeds dubbelgevouwen van het lachen én van het huilen tegelijk, voel ik dat ik niet alleen maar opgetogen en gelukkig ben: ik voel flow.

Ik speel geen kano: ik bén de kano.

Meer blogs:

Gemakkelijk – of doemaarwatteritis

Eigenlijk is het verneukeratief. #excuseer Wanneer jij iets heel gemakkelijk kunt, (simpelweg omdat het naadloos past bij wie je bent en wat je

Lievelings

Wat doe jij eigenlijk het liefst?” vroeg iemand mij laatst. Ik vertelde ik dat ik ontzettend veel dingen leuk vind en dat

Eigen-waarde

In de afgelopen dagen, weken, kwam er weer eens zo’n aarzelend stemmetje opzetten. Met de vraag of het allemaal nog wel goed

Word fan!

Select list(s)*

Loading