Spaghetti & Wafels

Al een tijdje zwerft er een tweede boek in mijn hoofd. Over wat het betekent om met een brein te zíjn dat anders bedraad is. Let wel: zíjn, niet worstelen. Ik heb er geen last van.

Maar er is en wordt al zoveel geschreven over hoogsensitiviteit. Die hoek wil ik niet in.

Intussen ben ik anderhalf jaar aan het ondernemen. Met mijn drukke, anders kijkende en fijnbedrade brein. Vol prikkels en zonder filter.

Ondernemen is als het koken van spaghetti. Je moet continu bij de les blijven, anders verzand je in vaagheden en kookt ‘t zaakje over.

Mijn brein gedraagt zich soms als spaghetti. Dan is vooral veel en door de war. Tegelijk voelt het vreugdevol en verzadigend. Met een heerlijke volle romige saus van mogelijkheden om te te ontdekken en te beleven.

Zelf lijk ik ook wel een beetje op spaghetti. Ongekookt ben ik stijf en knakbaar, maar eenmaal in de pan bubbel ik er lustig op los. Soms kan ik echter ineens overkoken. Helemaal nu ik in de overgang ben beland. Mijn haar wordt dunner; tegenwoordig groeit het op mijn tanden. Overkoken gebeurt ook, als ik niet op de goede plek zit, of wanneer ik iets moet doen dat niet bij me past of niet in mijn waardenstraatje woont.

Als ik uit veiligheidsoogpunt te lang op dezelfde plek blijf zitten, versnotter ik. Precies wat er gebeurt wanneer pasta te lang kookt.

Al dente ben ik op mijn best. Pittig en een beetje rauw.

Er zijn dagen dat ik liever een wafel zou willen zijn. Krokant en zoet: al mijn eigenschappen en kwaliteiten overzichtelijk gevangen in vierkante hokjes.

Maar het leven is niet vierkant, noch overzichtelijk.

Met een nieuw boek wil ik laten zien dat spaghetti & wafels een interessante combi zijn, wanneer je net als ik anders bent bedraad en informatie anders verwerkt. Wanneer je de dingen net even anders ziet en doet dan anderen.

Dat spaghetti & wafels elkaar kunnen versterken, wanneer alles klopt. In flow.
Net als jij en ik.

Want in flow klopt immers alles. Het begint bij je hart.

Eén reactie

Meer blogs:

Rechtvaardigheid

Als ik naar mijn klanten kijk, hebben de enkele overeenkomsten. Allemaal zijn ’t heel fijne mensen, waarbij ‘fijne’ niet alleen terugslaat op

Jaap

“Kun je misschien even een lapje over me heen halen?” hoor ik onder mijn handen. “Je hebt wat op me laten vallen

Speerpaardje

“Jij werkt dus met voorwerpen,” zegt Annie, mijn innerlijke critcus. “En ik zie het je vaak doen, maar waarom is dat eigenlijk?”