“Tegen mij kun je alles zeggen,” zegt mijn collega, terwijl we over de gang rollen met een bed. “Ik laat alles altijd weer op tijd afglijden. Dan wordt het niet persoonlijk en bovendien is iets zeggen handig: dan weet jij, en ik ook, waar we aan toe zijn,” volgt er achteraan.
Het laat me niet meer los. De woorden husselen door elkaar in mijn brein, leiden er de rest van de dag een eigen leven. Wat lijkt me dat fijn. Dat je beschikt over een soort van teflon laag, waardoor alles wat van buitenaf binnendringt en je niet dient, ogenblikkelijk weer afglijdt. Zodat niet alles altijd persoonlijk wordt of hoeft te worden opgevat.
Het volgende moment vraag ik mezelf in alle eerlijkheid af: kunnen mensen bij mij dat ook? Durf ik hardop te benoemen dat mensen alles tegen me kunnen zeggen? Terwijl ik mijn teennagels maar weer eens bestudeer (gebladderd, zucht) ga ik bij mezelf ten rade hoe het zit.
Natuurlijk zit er weer een laag op. En eronder. En eerlijk gezegd kan dat bij mij ook niet anders, zonder die enorme ingebouwde satellietschotel, die alles opvangt, afweegt, wikt en schudt. Pas als alle ingrediënten bekend zijn en doorgeschud, is er een gedachte over mogelijk. Die vervolgens weer wordt befilosofileerd. Zo duurt een compleet antwoord altijd langer dan bij anderen. Het is oké: het is wie ik ben. Zonder teflonlaag, dat wel.
Echt, ik zou ‘t willen. Dat mensen van alles tegen me zouden kunnen zeggen, zonder dat ik er iets van hoef te vinden of het persoonlijk hoef te maken. Dat niet alles zo zou binnenkomen of me zou raken. Van slag zou krijgen. Als mijn externe laagje zou werken zoals het bij 80% van de mensheid ook werkt: af laten glijden, doorlopen en niet alles zo persoonlijk nemen.
Tegelijk, tijdens het schrijven van deze woorden schreeuwt er een stemmetje van binnenuit: NEE! Opzouten! Je hebt geen Teflon laag en daar mag je blij om zijn. Zo zit je niet in elkaar en zo kun je dus ook niet worden. Dat stemmetje is mijn geweten. En ze heeft gelijk: ik ben wie ik ben en dat is gewoon helemaal prima. Mijn laag bestaat op sommige dagen uit klittenband. Ik ben wat langer bezig de vezels te verwijderen, de laag te ontdoen van onnodige pluisjes en op mijn manier weer een nieuwe laag te ontdekken. En nee, dat gepluis en gepoer zou ik inderdaad niet willen missen.
Ik ben afgebakken met die enorme schotelantenne en dat is niet voor niets. Zo kan ik aftappen wat er klopt en uitfilteren wat er niet klopt, zodat ik ervan kan wegblijven. Zo kan ik – met vertraging, dat wel – zeggen wat ik vind dat juist is zonder dat het “flappen” wordt. Mijn woorden raken. Omdat het mij ook raakt. Ik raak ook gauw betrokken. Omdat ik betrokken bén.
En daarom is het goed dat we niet allemaal hetzelfde zijn. We hebben mensen nodig die ons ronduit de waarheid vertellen, die er alles uitflappen wat op hun hart ligt. Daar tegenover hebben we óók de zachte zijde nodig: mensen die de kunst verstaan om harde woorden verteren, zodat er ook een zachte vertaling beschikbaar komt.

Rechtvaardigheid
Als ik naar mijn klanten kijk, hebben de enkele overeenkomsten. Allemaal zijn ’t heel fijne mensen, waarbij ‘fijne’ niet alleen terugslaat op
2 reacties
Wat een mooi schrijven, inderdaad je woorden raken met metaforen die klinken als een klok, vooral dat klittenband wat is dat hardnekkig spul zeg … ik heb het tig keer herlezen en doe er mijn voordeel mee. Ik zal deze nog vaker lezen als ik het klittenband niet helemaal pluisvrij krijg. Dank je wel!
Lekker door blijven pulken Ferrara. En soms mogen er vezeltjes en haartjes blijven hangen. Zo is zichtbaar wat we meebrengen van anderen.