Wat ik onlangs zelf van een voorwerp mocht leren…

“Doe dit keer nou eens gewoon en niet meteen zo enthousiast en gek,” mekkerde Annie, mijn interne Azijnzeiker vorige week tijdens een gezellig uitstapje.  

Ik wandelde door Alkmaar, samen met Esther Bekker en nog drie andere leuke vrouwelijke ondernemers. We kuierden door de binnenstad en Esther bracht ons in beeld.  Niks aan de hand, hartstikke leuk. Op die momenten, nét als ik bijna op mijn gemak ben tussen nieuwe mensen, sloeg Annie dus toe.

“Kijk eens, hoe die andere vrouwen dat doen. Dan kom je ook eens leuk op de foto,” beet Annie me toe. Venijnig kreng. 

Het eerste kwartier van de wandeling lag ik voornamelijk met mezelf overhoop. Ik stond bij een waanzinnig gekleurd bord, waarvan ik zelf vond dat ik er niet bij paste. Vervolgens zat ik op een bankje en het liefst had ik een dik kussen voor mijn hoofd gehouden.

Alles wat ik deed, voelde ontzettend als poseren. Netjes zitten. Benen over elkaar. Niemand overigens die dat tegen me zei: het gedoe kwam van binnenuit. 

Wees een dame. 
Rot op! Serieus, ik heb er niks mee. Geen getrut voor mij met make-upjes of parfum. Een gezichtscrème is alles wat ik gebruik, in de strijd tegen de rimpels die ik overigens glansrijk aan het verliezen ben.

Oké, soms gebruik ik een toefje eyeliner.
Die ik uitwrijf over mijn wangen, wanneer er tranen opkomen omdat ik geraakt word, moet lachen of moet huilen. 

Natuurlijk zei ik niks. Doe maar gewoon, dan worden die foto’s vanzelf mooi. In een schattig steegje belandde ik vervolgens bij een bloemenwinkel, met allemaal gekke gekleurde vaasjes. Er stond ook een plantje, met allemaal rode pepertjes.
Mijn hart fleurde er van op.  

“Het mag wel wat pittiger mop,” hoorde ik.
Natuurlijk, het zal niet waar zijn. Een pratende Jóse Galapenoplant. #ineenvaasje

Op slag pakte ik het vaasje om het op het pepertje te drukken. Gewoon effe je muil houden ja. Bek dicht. “Ja leuk!” hoorde ik Esther zeggen. 

In eerste instantie veerden mijn gedachten op. 
“Hier uw pratende Galapenoplant. Kom maar op met uw verhaal en uw boodschappen.”
Ogenblikkelijk gevolgd door een andere gedachte. 

Is die voorwerpenkul niet een beetje flauw en uitgekauwd?
Ik kreeg geen tijd om erover na te denken, ik ontdekte namelijk een deurklopper in de vorm van een elegant dameslaarsje. Er verscheen een grijns op mijn gezicht, want ik kreeg er ogenblikkelijk beeld bij. Niet van een mooie dame, wel van een oude nukkige soldaat.

Met een grote witte snor en een gedeukte helm, die narrig en narig met zijn laars tegen de gevel van die winkel schopte, met een woeste brul om koffie.
En rap een beetje.

Zo gaat dat. Elk plaatje wat doorkomt, wordt tot een 3D film gemonteerd in mijn hoofd. Soms is dat vermoeiend, vooral in de ochtend. Er bestaat namelijk nog zoiets als de rest van de dag.

Waarin van alles binnenhupst en langs mijn prefrontale cortex walst
Toch kon ik wel grinniken om die soldaat. Daarom griste ik vervolgens een zwarte gieter van een tafeltje en hield dat bij mijn oor.
“Kijk, zo sijpelt het verhaal dus naar buiten,” lachte Esther.

Zo lijkt het inderdaad te werken. Als doorgeefluik van het spul. Het gaat me gemakkelijk af, dus waarom niet? Vervolgens begon er zich iets te roeren. Een vaag knaagje ergens in mijn buik. Het rommelde, knarste en ’t bonkte.

Hier kun je je geld toch niet mee verdienen?
Er zit een lading op het werken met voorwerpen. Het is van mij. Diep van binnen vind ik soms nog, dat werken met voorwerpen niet echt is. Of kan zijn.

Het is té simpel. Zoiets stoms kan niet. Ondanks dat er een reden voor is én ik het al jaren doe én ik er daarom knettergoed in ben. 

En doordat ik er op die momenten zelf geen waarde aan hecht, ervaar ik het verkopen van mijn aanbod soms als ongemakkelijk.

Coachen met voorwerpen voelt voor mij niet als werk
Precies daarom vindt mijn interne criticus er dus wat van. Boven alles noemt Annie het goedkoop. Beschouwt het als een trucje. En dat lieve mensen, is natuurlijk helemaal niet waar. #Annieisgek

Wanneer je met mij hebt geschreven of gewerkt, dan weet je dat er altijd iets bijzonders gebeurt met zo’n voorwerp. Met het jouwe of het mijne, want ik schrijf altijd mee. Zoiets kan ik helemaal niet sturen of bespelen.
Ik heb niets met namaak.

Wanneer ik iets moet doen wat niet echt is,
kun je dat ogenblikkelijk aflezen aan mijn smoel.
In de afgelopen jaren is me dat regelmatig teruggegeven in functionerings- en ontwikkelgesprekken. 
En dus kloppen de foto’s. Ja, ik heb lol met voorwerpen, die mij ongezouten de waarheid vertellen. Dat het wel wat pittiger mag, bijvoorbeeld.
Zo is het ook. 

En dus besloot ik mijn gedachten tijdens de wandeling los te laten en sta ik ergens met een gieter aan mijn oor, leg ik een ander oor op een fietszadel, omarm ik een boom en kreeg ik een bladerenkroon. Hoorde ik een setje oesterschelpen vragen om goed te zorgen voor hun Bretonse zeezusters, die sierlijk op mijn terras hangen.

Toen ik er (weer) in meeging, voelde ik mezelf een gelukkiger mens worden. 
Het past.

Wat ik doe, klopt met wie ik ben. 
Ik vang jouw verhaal. En dat doe ik met mijn team van co-coaches, voorwerpen. Soms laat ik je wat vertellen, via een voorwerp dat jou goed kent en je ‘leest’.

Dan gaat het over onderwerpen waar je ongemakkelijk van bent, omdat het verhaal te zwaar of te ingewikkeld is om te vertellen.

Zo’n voorwerp heeft altijd een eigen karakter, met een stemmetje of een kleur, waardoor het licht en lucht in de ruimte brengt. Zodat er een nieuw perspectief ontstaat. 

En daar mooi mens, is niks goedkoops aan.

2 reacties

  1. Je was in het Fnidsen. Is dat laarsje nog niet verkocht of hebben ze er een voorraad van, vroeg ik me af. Niet zo gek dat je daar een soldaat tot leven wekte, waarschijnlijk was het een achtergebleven Spanjaard. Het huis met de kogel zit daar namelijk om de hoek. Die kogel is een overblijfsel van het Spaanse beleg in 1573 wat de Alkmaarders wonnen, we vieren dat volgende maand weer uitgebreid. Dit jaar dus 450 jaar geleden. Als je nog eens in de stad bent, roep dan even … mag, hoeft niet!
    Trouwens goed dat je Annie om zeep hielp. Zeikwijf!

  2. Zie je nou wel… zo’n idee had ik al 😂

    Volgende keer mail ik je even van tevoren. Heb aan je gedacht, maar vergeten je te waarschuwen.

Meer blogs:

Rechtvaardigheid

Als ik naar mijn klanten kijk, hebben de enkele overeenkomsten. Allemaal zijn ’t heel fijne mensen, waarbij ‘fijne’ niet alleen terugslaat op

Jaap

“Kun je misschien even een lapje over me heen halen?” hoor ik onder mijn handen. “Je hebt wat op me laten vallen

Speerpaardje

“Jij werkt dus met voorwerpen,” zegt Annie, mijn innerlijke critcus. “En ik zie het je vaak doen, maar waarom is dat eigenlijk?”