Ik voel me gevonden: steeds meer mensen vinden mij én ontdekken de magie van schrijven. De innerlijke kast uitruimen: verzamelen, uitstallen, sorteren, voelen of het past. Omhangen of opzijleggen voor een volgend seizoen of sorteerronde.
Niet alles hoeft weg, er is geen kwestie van houden of weggeven, dragen als last. Soms komen dingen nog van pas als cadeautje voor later.
Vinden, wat een vreemd woord eigenlijk. Vin-den. Opgedeeld past het beter – net als ik een samengesteld geheel der dingen – nu slechts twee woorden die op dit moment iets met mij te maken hebben.
Vin als van vis. Mijn sterrenbeeld. Gevoelig en draaikonterig, warrig, tegenstrijdig en soms verdwaald. In netjes of in draadjes die overal over kunnen gaan en zich niet eenvoudig laten ontwarren. Het is ook wat: wij Vissenkinderen kregen eigenschappen mee van alle elf andere sterrenbeelden. Dan ben je geneigd om iets van jezelf te verliezen: dat terugvinden in jezelf is dan best een uitdaging.
Stromen
Een vis zwemt met de stroom mee. Behalve de zalm: die ploetert juist stroomopwaarts, om zijn leven en dat van zijn nakomelingen te waarborgen. Regelmatig gedraag ik me als een zalm. Eigen zinnig; ik zoek graag mijn eigen weg, liefst de moeilijke, om te begrijpen en te vatten en zo weer uit te komen bij mezelf.
Altijd onderweg en lerend: in deze tussentijd, de beroepsvoorbereidende periode, leer ik achterover te leunen en te zien wat er ontstaat wanneer ik me laat meevoeren waar de stroom me brengt. Zonder zwembandjes of zijwieltjes.
Vanaf een ander continent bekeken is de vis sterrenbeeldkundig een wolf. Kijk en nou heb je me. Daar herken ik zo ongeveer alles in. Een roedeldier, onderdeel van de “kudde” en tegelijk een eenzame zwerver, zijn eigen plan trekkend en nooit verdwalend. Niet bang voor een flinke tocht. Achter aansluiten, tempo op het ritme van de zwakste schakel en vechten doen we alleen als het echt niet anders kan. Wolven spelen altijd, waarbij het hele wolvengezin meedoet. Altijd omziend naar elkaar, oplettend en voorzichtig om de ander geen schade te berokkenen of pijn te doen.
Tweede ook
Ook dat herken ik. Zo wordt dus toch nog een gaaf stukkie. Oh wacht, het tweede deel van van vin-den moet nog. De den.
De spar die vroeger zijn naaldjes liet vallen in de vloerbedekking thuis en vervolgens onherroepelijk en onmiskenbaar in mijn wollen sok terechtkwam. Door oma gebreid en liefdevol gestopt als ik ondanks waarschuwingen tóch als een Hilbert van der Duim over de kooude, ruwe betonnen bijkeukenvloer had bewogen op diezelfde sokken. Ijsbloemen als getuige.
In Amersfoort zag ik honderdvijftig dennen bij elkaar op een kluitje. Sparren kennen geen schaamte en vragen zich niet af of ze genoeg “Den” zijn.
Ook niet als ze helemaal kaal zijn geworden; ook dan “zijn” ze er nog steeds en ademen ze autoriteit en vertrouwen. Dan worden ze nog steeds vereerd en aangegaapt door mensen met rugzakken die langs lopen en met open mond staan te kijken.
Ik vond hem en hij mij.
Dus voel ik me gevonden. Mij en ik.
Samen vonden wij en misschien jou ook. Ik zag een deel van mij in het bos van Castricum: een groot takkenfeest vol gedoetjes, slingers en kronkelende gedachtenbochtjes. Volop in bloei.
Ze past bij mijn hoofd: veel, kronkelig en vol rafelende gedachtenrandjes. Die boom staat er altijd en al-een-tijdje en hoewel haar takken alle kanten op lijken te springen en het leven ogenschijnlijk alle kanten uitvliegt, is het van binnen een ander verhaal.
Ze is er.
Eronder een forse tak. Afgewaaid: iets van desinformatie over eigen en waarde. Toen dat valse aanhangsel niet meer werd gevoed met donkere woorden en zure zinnetjes, bleek het niet te overleven en werd afgestoten.
Wat restte was een gezonde stam, met wijsheid als bron van informatie. In mijn wortels blijf ik groeien en in mijn kruin zetelt een kroon mét parel.
Waarde, vol eigen.
Ik voel me dennig, geurend naar beloften en frisse moed.
Een échte gevondeling.
Vraag-van-Aag:
Wat heb jij de afgelopen weken allemaal gevonden? Of: Wat zou je nog willen vinden? Met oog op dat laatste is Winterkeren misschien een goed idee. Thuispelgrimeren in pyjama of jogging, tussen Kerst en Driekoningen.
Meer lezen?
In mijn EigenWijze mail vind je elke maandagmorgen een vers inzicht. Geen funnelfuik of opvolgmail, gewoon fijn leeswerk.